Gregor Kobel beleefde een nachtmerrie op het meest ongunstige moment voor zijn club Borussia Dortmund.
De doelman probeerde een bal van tegenstander Dayot Upamecano weg te werken, maar miste volledig. Hierdoor nam Bayern München de virtuele leiding in de Bundesliga over met een doelpunt vanaf eigen helft dat wereldwijd aandacht kreeg. Dortmund verloor uiteindelijk met 4-2 en raakte de eerste plaats kwijt.
Dit resultaat zorgde voor een uitstekende terugkeer van trainer Thomas Tuchel in de Bundesliga, in de topwedstrijd tegen zijn oude club die gewonnen moest worden om de gemoederen in Zuid-Duitsland te kalmeren.
Julian Nagelsmann werd zonder pardon ontslagen, ondanks dat Bayern nog op drie fronten streed voor prijzen. In de competitie werd er de laatste maanden echter te veel verprutst, waardoor het elfde opeenvolgende landskampioenschap in gevaar kwam.
Concurrenten Bayern laten ook steken vallen
Op de dag dat Dortmund werd verslagen, lieten ook RB Leipzig (0-3 tegen Mainz) en Freiburg (1-1 tegen Hertha) punten liggen, waardoor de situatie voor Bayern er in een paar uur tijd weer een stuk beter uitzag.
Dortmund was sinds november ongeslagen in de Duitse competitie, maar keek na 23 minuten al tegen een flinke achterstand aan. Na de 1-0 van Upamecano scoorde Thomas Müller de 2-0 (op aangeven van Matthijs de Ligt) en 3-0.
Kingsley Coman maakte het vierde doelpunt en het mooiste doelpunt van de dag werd vervolgens afgekeurd. Eric Maxim Choupo-Moting controleerde de bal op zijn borst en scoorde op sierlijke wijze, maar bleek buitenspel te staan.
Emre Can (strafschop) en invaller Donyell Malen verzachtten de pijn voor Dortmund met doelpunten die verder weinig waarde hadden.