Na de bekerfinale tussen Ajax en PSV, die gekenmerkt werd door onsportief gedrag en vele gele kaarten, roept Jevgeni Levtsjenko, topman van de spelersvakbond, niet op tot kritiek. Hij benadrukt dat voetballers vanuit hun emotie moeten kunnen reageren, hoewel hij toegeeft dat sommige acties te ver gingen.
“Natuurlijk vind ik dat elleboogjes, kopstoten en duwen en trekken harder aangepakt zouden moeten worden”, zegt Levtsjenko. “Maar je mag elkaar best een beetje uitdagen op het veld. We moeten de sport niet volledig killen door alle emoties weg te halen.”
Tijdens de bekerfinale had scheidsrechter Dennis Higler maar liefst elf gele kaarten nodig. Vooral in de eerste helft lag de focus meer op opstootjes en onvriendelijkheden tussen de spelers dan op het voetbal zelf.
Levtsjenko, die de wedstrijd samen met zijn zoontje bekeek, erkent dat veel spelers geen voorbeeldfunctie voor de jeugd vervulden. “Hoe de spelers in de eerste helft met elkaar omgingen, dat moet op een andere manier.”
Publiek
Volgens Levtsjenko is het niet aan de vakbond om zich te mengen in hoe spelers zich op het veld gedragen. “Je mag best ver gaan. Overtredingen, elkaar vasthouden en een beetje zuigen, dat moet kunnen”, is zijn persoonlijke mening.
“Maar je moet niet ten koste van alles willen winnen. Soms zie je een speler vallen en doet hij alsof hij zwaar geblesseerd is en een paar minuten later rent hij alsof er niets gebeurd is. Als je onsportief speelt, verdien je het wat mij betreft niet om te winnen.”
Hoewel er na afloop van de bekerfinale vernielingen werden aangericht in De Kuip, werd de wedstrijd niet stilgelegd vanwege wanordelijkheden bij de supporters. Levtsjenko benadrukt dat het gedrag van spelers het publiek geen vrijbrief moet geven om dingen naar spelers te gooien.
Rugby
Levtsjenko ziet in de bekerfinale geen aanleiding om de spelregels aan te passen. Hij is geen voorstander van een regel zoals in bijvoorbeeld het hockey of rugby, waar alleen de aanvoerder met de scheidsrechter mag praten.